De Wolf 2
De paartijd van wolven verschilt per gebied. In Scandinavië duurt dit van februari tot april. Het nest van een wolf bevindt zich in een grot of een hol, verscholen onder boom-wortels of tussen rotsen. Soms graaft hij zijn eigen hol, of vergroot hij een vossenhol of dassenburcht. De andere vrouwtjes huilen bij de ingang, het lijkt net of ze haar aanmoedigen. Tijdens de dracht blijven vrouwelijke wolven in de buurt van hun grondgebied, waar de kans op gewelddadige ontmoetingen kleiner is. Oudere vrouwtjes zijn meestal drachtig in het hol van hun vorige nest, terwijl jongere vrouwtjes meestal in de buurt van hun geboorte plaats blijven. De draagtijd duurt 62-75 dagen. De welpen worden mee-stal geboren in de zomerperiode. Wolven krijgen relatief gezien grote welpen in kleine nesten in vergelijking met andere hondachti-gen. De gemiddelde worp bestaat uit 5 of 6 welpen. Waar prooien overvloedig aanwezig zijn, worden meestal grote nesten geworpen. Uitzonderlijk grote nesten van 14-17 welpen komt slechts in 1% van de gevallen voor. De welpen worden meestal geboren in de lente, die samenvalt met een overeenkomstige stij-ging van de populatie aan prooien. De wel-[pen worden blind en doof geboren en heb-ben een korte en zachte, grijsbruine vacht.
Bij de geboorte wegen ze 300-500 gram. Ze beginnen te zien na 9-12 dagen. De melk-hoektanden komen uit na een maand. De welpen verlaten het nest voor het eerst na drie weken. Wanneer ze 1,5 maand oud zijn, zijn ze sterk genoeg om te vluchten voor ge-vaar. Moederwolven verlaten de eerste weken het hol niet; de vaders halen voedsel voor hen en hun jongen. De welpen beginnen met het eten van vast voedsel op de leeftijd van 3 à 4 weken. De welpen vertonen de snelste groei tijdens de eerste vier maanden: in deze periode vermeerdert het gewicht van de welp ongeveer met factor dertig. In het najaar zijn de welpen groot genoeg om samen met vol-wassen exemplaren op jacht te gaan op grote prooien.
De jongen blijven minstens een jaar bij de roedel. Vaak blijven ze langer bij de roedel, maar soms verlaten één- of tweejarigen de groep, vooral als ze worden gedomineerd door andere roedelleden en ook afhankelijk van het voedselaanbod. In gebieden met grotere prooidieren, zoals Eland en Edel-hert is het voordelig een grote roedel te heb-ben. Wolven kunnen van vijftien tot twintig jaar oud worden in gevangenschap, maar in het wild is zo'n jaar of tien het maximum.
Verspreiding
Wolven passen zich makkelijk aan allerlei omstandigheden aan, en leven in een grote verscheidenheid aan habitats. Zowel op toendra's, steppen en prairies als in dichte bossen komen ze voor, in laagland en in gebergten. Hierdoor hebben ze zich ver-spreid over de gehele Holarctis, noordwaarts tot voorbij de poolcirkel, en zuide-lijk tot Mexico, Zuid Europa, Noord-India, China en zelfs in Arabië. De wolf was vroeger het roofdier met het grootste natuurlijke verspreidingsgebied. Tegenwoor-dig gaat deze eer naar de Vos.
Geschiedenis
Ooit waren wolven een gewone verschijning in het gehele Noordelijke halfrond , maar door toedoen van de mens is hun leefgebied drastisch ingeperkt. Voor een deel is dat omdat het leefgebied door de mens voor andere doeleinden in gebruik genomen is, maar veelal ook door genadeloze vervolging van een door velen schadelijk en gevaarlijk ge-achte diersoort. In Europa is de wolf steeds verder teruggedrongen. In de zestiende eeuw kwamen er nog wolven voor in Engeland, maar hier worden ze al eeuwen niet meer waargenomen. In Nederland en België is de wolf al sinds het begin van de negentiende eeuw verdwenen. Ook in verschil-lende andere Europese landen was de wolf geheel of vrijwel geheel uitgeroeid. De wolf was nog in redelijke aantallen aanwezig in Noorwegen, Zweden, Finland, Rus-land, Polen, en waarschijnlijk ook in Tjechië, Oostenrijk en alles wat oostelijker en zuidelijker daarvan ligt.
Wolven in Europa
Schattingen van aantallen wolven in Europa ( anno 2000 ): Frankrijk 100, Duitsland 100, Zweden 200, Portugal 300, Spanje 500 tot 2000, Italië 400, Slowakije 400, Polen 900, Finland 150, Rusland 10.000. Tevens zijn er kleinere aantallen wolven in Slovenië, Tjechië, Kosovo, Oostenrijk en Zwitserland.
Wolf In Gevangenschap
De wolf is altijd in Italië geweest. Op een gegeven moment, zo'n vijftig jaar geleden, bereikte de situatie van de populatie Italiaanse wolven een kritisch punt, met aantallen in de buurt van de honderd, maar ze hebben het in Zuid-Italië overleefd. In 1973 zijn ze weer waargenomen in Emilia - Rogmagna, in 1985 in Allesandra in de Italiaanse regio Piemonte en het grensgebied met Frankrijk, en in 1994 in Valle di Susa. Aantallen en gebieden nemen met iets van 20 tot 40% per jaar toe. Er zijn sinds 1995 meldingen van enkele wolven in "le massif du Carlit" in de Pyrénées Orientales. Recent genetisch onderzoek heeft aangetoond dat deze uit Italië ko-men, en niet uit de Spaanse wolvenpopulatie die meer naar het westen zit. Hieruit blijkt met welke snelheid ze zich in nieuwe gebieden kunnen vestigen. Per jaar komen ze een 20 tot 50 km verder naar het westen, noorden en oosten voor. De laatste meldingen zijn dat ze ook aanwezig zijn in Aubrac in het departement Lozère. Vanuit Italië en/of Frankrijk is de wolf ook sinds 1995 weer minimaal aan-wezig in Zwitserland.
Er zijn waarnemingen in Zwischbergental, Goms en Mattmark in het kanton Wallisanton, Surselva in het kanton Graubünden, Zürich, Freiburg, Ajoie in het kanton Jura, Vallorbe in het kanton Vaud en Ticino. In Slovenië ligt de noordelijke grens van de Zuidoost-Europese wolvenpopulatie. Hiervan lopen de eersten nu de grens met Italië over. Waarschijnlijk komen er ook al enkelingen in Oostenrijk en Hongarije, Slowakije vormt de westelijke grens van de Oost-Europese wolvenpo-pulatie. Van Tsjechië is bekend dat er kleine populaties rondlopen.
Na de Tweede Wereldoorlog zijn er in Duitsland minstens negen wolven dood geschoten die het gelukt was de grens, het toenmalige IJzeren Gordijn ( 13 augus-tus 1961 / 9 november 1989 ) te passeren. De kansen zijn echter gekeerd, de landmijnen zijn grotendeels verdwenen en de aantallen wolven nemen weer toe.
Door de val van het communisme in de Sov-jet Unie is de jacht verminderd en zijn de aantallen sterk toegenomen. Via Polen zijn ook in Duitsland weer wolven terug-gekeerd. Aanvankelijk leefden ze op een legeroefenterrein in de deelstaat Saksen bij het drielandenpunt met Polen en Tsjechië in de Niederschle
sischer Oberlausitzkreis, maar nu zijn ze al verder Duitsland in getrokken. In 1996 zijn de eerste wolven uit Polen naar Duitsland gekomen en in 1997 sprak men al over twee roedels. In 2005 zijn dat nog steeds twee roedels wolven in Duitsland. Een roedel op de Neustadler Heide met in 2005 vijf welpen en een roedel op de Muskauer Heide met in 2005 acht welpen. Enkele wolven dragen zenders zodat ze goed te volgen zijn. In de tussentijd was er sprake van vermenging met Herders-honden. Dat komt vaker voor bij wolven en honden. Aangezien er nu al een aantal jaren wolven in Duitsland zijn had de populatie groter moeten zijn. Er worden dus wat wolven vermist die mogelijk zijn afgeschoten, slachtoffer zijn geworden van auto's of zich verder verspreid hebben, bijvoorbeeld naar Tjechië, teru naar Polen of naar het westen.
Omdat men in Duitsland de wolven goed in de gaten houdt weet men dat er min-stens dertien dieren zoek zijn. Er zijn in 2005 waarnemingen van wolven geweest in Alt-mark in Saksen Anhalt en dat is al ten westen van Berlijn.
De laatste tijd zijn er ook meldingen van wolven in het Bayerse Woud waarschijnlijk afkomstig uit Tsjechië of Oostenrijk of misschien via Tsjechië afkomstig uit Duitsland. Waarschijnlijk zijn er ook enkele roedels in Tsjechië. Het verschijnen van zwervers in Nederland is hierdoor op termijn niet onmogelijk.
Doordat de wolf sterk lijkt op de Herdershond kunnen ze zich vrij onopvallend over straat bewegen. Men schat hun aantal begin 2006 in Duitsland op een kleine 20 dieren. In 2009 zijn er in Duitsland 4 roedels met jongen, plus nog wat enkelingen. Hun aantallen worden geschat op 40 dieren. Zwervers zijn waargenomen in plaat-sen als Dassow en Lübtheen. Op 4 maart 2010 verscheen het bericht dat er in de Duitse deelstaat Noordrijn Westfalen op ongeveer 100 km van de Nederlandse grens een wolf werd waargenomen. Na het verslinden van een schaap werd de aanwezigheid met een DNA-test bewezen. Er wordt geschat dat er meer wolven in de omgeving voorkomen.
In 2012 werd een doodgeschoten wolf gevonden in het Westerwald tussen Keulen en Frankfurt. Ook in dat jaar werd een nest waargenomen dat geboren was op een legerplaats bij Munster in Nedersaksen, 170 kilometer van de grens met Groningen en Drenthe.
Het wolvenbestand in Zweden en Noorwegen omvatte tussen 127 en 151 dieren in de winter van 2006/2007, waarvan 19-21 dieren in Noorwegen gevonden werden en de rest in Zweden. In begin van de 19e eeuw was er een groot wolvenbestand in Noorwegen en Zweden, maar dat verminderde sterk tot het midden van de 20ste eeuw. Deze sterke teruggang had een aantal oorzaken: een uitbraak van de wol-venpest rond 1840 en in 1845 startte de Noorse overheid een campagne om de wolven uit te roeien. De sterke bevolkingsgroei zorgde ervoor dat er minder prooi-dieren beschikbaar kwamen. In de jaren 60 waren er geen wolven meer in Noor-wegen en Zweden. Vanaf het einde van de jaren 70 kwamen er weer nieuwe dieren vanuit Finland en zijn er fokprogramma's gestart.
De Wolf in Nederland
Omstreeks 1800 kwamen wolven in Nederland nog in redelijke aantallen voor.
De laatste waarneming van een wolf in Nederland stamt uit 1897 toen een wolf in Heeze, Noord Brabant werd gesignaleerd ( doodgeschoten ).
Geregeld duiken verhalen op over waarnemingen, bijvoorbeeld in 2000 in Zeeland. maar deze zijn nooit bevestigd. In 2010 zijn ongeveer honderd kilometer van de grens met Duitsland wolven waargenomen en de verwachting is dat deze binnen afzienbare tijd de grens zullen oversteken. De kans dat ze in het agrarische landschap zullen overleven, is groot. De kans dat je de dieren ziet is klein.
In 2011 is er naar verluidt een wolf gezien bij Duiven (Gelderland). De kans dat dit inder-daad een wolf betrof wordt geschat op 95%. Het gaat hierbij vermoedelijk om een wolf uit Duitsland. Ook in België, in Gedinne in de provincie Namen, is eind september 2011 door een ploeg van het televisie-program-ma Dieren In Nesten een wolf gesignaleerd. Geregeld zijn voorstellen gelanceerd om wol-ven in Nederland te introduceren. In 2008 nog opperde Staatsbosbeheer het plan om wolven los te laten in de Oostvaardersplassen. Op de Veluwe en in de Oostvaardersplassen zou een kleine groep kunnen overleven binnen een afgerasterd gebied.
Sinds 1992 zijn er waarnemingen van wolven in Frankrijk. In de Alpen, de grens-streek met Italië, in de Mercantour en daarbuiten. DNA-analyse heeft aangetoond dat deze dieren uit Italië komen. Tijdens de Ronde van Frankrijk werd er zelfs door boeren actie gevoerd tegen de wolven in de Alpen, omdat er slachtoffers bij de schapen vielen. In 2005 schatte men dat er ongeveer 80 wolven in Frankrijk leven in 7 tot 11 roedels. Het jaar daarop wordt een aantal op meer dan honderd dieren geschat. Er is dat jaar een vergunning afgegeven om zes wolven af te schieten als deze meerdere malen schapen doden. In 2004 zijn er daadwerkelijk drie dieren afgeschoten. In de winter van 2004/2005 is er een permanente aanwezigheid van wolven vastgesteld in de volgende gebieden en Departementen van Frankrijk.
Gevaar voor de Mens
In de middeleeuwen en daarvoor werd de wolf als een schadelijk dier beschouwd, door-dat het landbouwdieren als schapen en geiten at. Ook deden er in die tijd verhalen en sprookjes de ronde dat wolven ook men-sen aanvielen. In de loop der tijd is het dier om die reden afgeschoten en uitgestorven. In principe kunnen wolven, en zeker een roedel wolven, ongewapende mensen, en zeker kleine kinderen, de baas. In de praktijk vlucht de wolf voor de mens. Er is een beperkt aan-tal gevallen bekend waarin wolven mensen aten. Dit waren mensen die door andere oor-zaken waren gestorven, bijvoorbeeld oorlogs-slachtoffers. In andere gevallen, waarbij de wolf zelf de mensen had gedood, was er mo-gelijk sprake van hondsdolheid of verdedigde de wolf zichzelf of zijn jongen. Recentelijk overleed er nog een jongetje in Rusland door bloedverlies nadat deze werd gebeten door een wolf die hij in een dierentuin probeerde te aaien. De hond, de naaste verwant van de wolf, maakt jaarlijks ook enkele dodelijke slachtoffers. Mensen en kinderen worden slechts in uitzonderlijke gevallen aangevallen, vrijwel alleen als ze zich wagen in de buurt van een nest met jongen. In Noord-Amerika, waar ongeveer zestigduizend wolven leven, is in de afgelopen jaren ( vrijwel ) geen mens aangevallen door een wolf.
Het enige bekende slachtoffer is een man, M. Kenton Carnegie, die in december 2005 in Saskatchewan Canada door wolven is gedood. Het is bekend dat wolven als individu schuw zijn. Hoe groter de roedel is, hoe meer de wolf durft te bejagen. Een Eland wordt nooit door één of twee wolven aangevallen, dat gebeurt alleen met een groep van meer dan zes dieren. Aan de andere kant heeft de wolf de voorkeur om in kleine groepen van twee of drie dieren te leven in landschappen waar voldoende kleine prooien te bemachtigen zijn. Het vormen van grote roedels lijkt vooral te gebeuren in gebieden met lange koude winters met veel sneeuw. In zo'n periode zijn grote prooien nog goed te speuren, de kleine prooien zijn dan in winterslaap of leven dan diep verborgen onder de sneeuw. En zelfs die grote roedels mijden de plaatsen waar ze mensen kunnen tegenkomen.
Tegenwoordig wordt de wolf in vele landen beschermd, in Duitsland sinds 1989. In Frankrijk en Duitsland wordt er geld uitgekeerd voor door wolven ver-oorzaakte schade. De angst voor de wolven kwam veel voor in diverse samenlevingen. Hoe wolven reageren op de mens is grotendeels afhankelijk van eerdere ervaringen met mensen :
wolven die geen negatieve ervaringen hebben met de mensen of afhankelijk zijn van voedsel, tonen weinig angst voor de mensen. Ze zijn over het algemeen niet gevaarlijk voor de mens, zolang ze met weinig zijn, voldoende voedsel hebben, weinig contact hebben met de mensen en als er af en toe op wordt gejaagd. Hoewel wolven agressief kunnen reageren als ze geprovoceerd worden, blijven dit soort aanvallen meestal beperkt tot beten op de ledematen. De werkelijke roofzuchtige aanvallen gaan meestal om enkele wolven of groepen die de mens als prooi be-schouwen. Dergelijke aanvallen kunnen voorafgegaan worden door een lange periode van gewenning waarbij wolven geleidelijk hun angst verliezen voor de mens. De slachtoffers worden over het algemeen aan gevallen rond de hals en het gezicht en worden dan wegge-sleept en geconsumeerd, tenzij de wolven worden verstoord. Roofzuchtige aanvallen kunnen op elk moment van het jaar voorkomen, met een piek in de periode Juni - Augustus, wanneer de kans dat mensen beboste gebieden betreden toeneemt ( voor vee of om bessen en paddenstoelen te plukken ).
Er zijn echter ook aanvallen van ( niet-hondsdolle ) wolven in de winter zijn waar-genomen, meer bepaald in Wit Rusland, in de districten Kirovsk en Irkoetsk, Kare- lië en Oekraïne. Wolven met welpen hebben ook meer spanningen om voedsel tijdens deze periode. De meerderheid van de slachtoffers van roofzuchtige aanval-len zijn kinderen; in de zeldzame gevallen waarin volwassenen worden gedood, zijn de slachtoffers bijna altijd vrouwen. Niet-hondsdolle wolven zijn in staat om een onderscheid te maken tussen gewapende en ongewapende mensen en zullen mensen met een wapen meestal vermijden. Wolfshonden kunnen brutaler zijn dan echte wolven. Ze leven ook gemakkelijker in de omgeving van bewoonde plaatsen, waar-door ze potentieel veel gevaarlijker zijn voor vee en de mensen.
Gevallen van hondsdolle wolven zijn laag in vergelijking met andere soorten, omdat wol-ven geen primaire gastheer zijn voor de ziek-te. Wolven kunnen de ziekte krijgen van andere dieren zoals honden, jakhalzen en vossen. Hondsdolheid bij wolven komt zeer zelden voor in Noord Amerika, maar zijn wel veel gevallen bij de Oostelijke Middellandse Zee, in het Midden Oosten en in Centraal Azie. Wolven ontwikkelen een zeer hoog niveau van "razernij" bij hondsdolheid. Dit, samen met hun grootte en kracht, maakt dolle wolven misschien wel de meest gevaarlijke soort van dolle dieren. Beten van hondsdolle wolven zijn 15 keer gevaarlijker dan die van dolle honden. Dolle wolven handelen meestal alleen, reizen over grote afstanden en bijten vaak grote aantal mensen en huisdieren. De meeste aanvallen van dolle wolven vinden plaats in het voorjaar en de herfst. Anders dan bij roofzuchtige aan-vallen worden de slachtoffers van dolle wolven niet opgegeten. De aanval duurt over het algemeen slechts een dag. De slachtoffers worden ook willekeurig geko-zen, hoewel de slachtoffers in de meeste gevallen volwassen mannen zijn.
Aanvallen van wolven op mensen waren in Europa zeldzaam vóór de 20ste eeuw. In Frankrijk duiden historische waarnemingen erop dat in de periode 1580-1830 3272 mensen werden gedood door wolven, van wie er 1961 werden gedood door niet-hondsdolle wolven. Kerken en administraties uit Italië geven aan dat er in de 15de en 19de eeuw 440 mensen werden gedood door wolven, die zich in het centrale deel van de Po vlakte bevonden, dat ooit een deel van het hedendaagse Zwitserland omvatte.
Voor 1882 werden in Fenno Scandinavië in 300 jaar tijd 94 kinderen onder de leeftijd van 12 jaar gedood door niet-dolle wolven. Tussen 1840 en 1861 vonden in Rusland 273 niet-hondsdolle aanvallen plaats, wat resulteerde in de dood van 169 kinderen en 7 volwassenen. Tussen 1944 en 1950 werden 22 kinderen werden gedood door wolven in de leeftijd van 3 tot en met 17 jaar in de Oblas Kirov. Er zijn talrijke gedocumenteerde verslagen van wolvenaanvallen in Azië, met drie Indiase deelstaten die de melding gaven van een groot aantal niet-hondsdolle aansla-gen in de afgelopen decennia. Deze aanvallen werden goed gedocumenteerd door professionele biologen. In Hazaribagh raakten tus-sen 1980 en 1986 100 kinderen gewond en werden er 122 gedood.